woensdag 29 maart 2017

Ruimte in het koppie

2017 is dramatisch begonnen met betrekking tot mijn/ons privéleven. Hierdoor bleek er nog maar weinig ruimte in mijn hoofd voor ontspannende zaken. Langzaam aan vind ik weer wat ruimte…

28-3 zou mijn allereerste sessie van 2017 worden. De verwachte temperatuur van 17 graden kan ik natuurlijk niet aan mijn neus voorbij laten lopen.
Om 6:00 ga ik uit bed en doe kalmpjes aan. Voordat het visseizoen van 2016 eindigde voor mij, had ik mijn materialen al op orde gebracht voor het nieuwe visseizoen. De belangrijkste verandering in mijn materiaal is een nieuwe nylonlijn. Deze is 5/100e dunner dan mijn favoriete merk, maar wel met dezelfde trekkracht. Iets waar ik lang naar gezocht heb, want het vertrouwen in mijn favoriete lijn is immens groot. Maar het moest gewoon dunner kunnen…
Als ik mijn spullen naar de auto breng, schrik ik een beetje van de kou. Het heeft gewoon licht gevroren en ik moet de voorruit krabben! We zien het allemaal wel.
7:15 arriveer ik op de eerste stek. Dit betreft vooral een duiker en wat in de directe nabijheid liggende, ondiepere stukken. Zo kan ik twee kanten op. Helaas zie ik dat aan de zonkant van de duiker een metalen rek voor de duiker ligt. Ik voer er toch maar wat, evenals aan de andere kant.
De zon doet z’n best, maar de duiker blijft in de schaduw. Het water warmt nu niet zo snel op als gehoopt. Na een uurtje pennen en geen activiteit, buiten snoek, besluit ik een andere stek op te zoeken. Een stek waarvan ik zeker weet dat deze nu al in de zon ligt, maar die ik eigenlijk wat minder wil gaan bezoeken in vergelijking tot vorig jaar.
Hier ligt de duiker vol in de zon en mijn vertrouwen groeit iets. Ik strooi op drie plekken een klein handje voer. Ik knip mijn onderlijn eraf om mijn pennetje opnieuw uit te loden. Omdat ik geen lood meer gebruik, gebruik ik nu twee andere manieren. Of ik plaats twee stuitjes onder de pen en vouw hier wat tungsten putty omheen, of ik gebruik de Korda tungsten putty, wat al gewicht heeft en vouw hier ook weer putty omheen om de pen af te stellen. Door de stuitjes (of de Korda) blijft het tungsten prima op z’n plek, maar is ook nog eens makkelijk te verschuiven op de lijn.
Het pennetje gaat direct voor de duiker het water in, tezamen met drie maiskorrels op de hair. Ondertussen houd ik wat verdorde, dunne rietstengels in de gaten, want ik dacht er beweging in te zien. Overigens is er in het algemeen op deze stek al veel activiteit te zien. Ik zie aasbellen nerveus verplaatsen, een snoek spring uit het water op nog geen meter bij me vandaan. Ik schrik me het apenzuur….
Opeens verdwijnt mijn pen de diepte in. Ik wil aanslaan, maar het pennetje komt weer omhoog. Ik vermoed een lijnzwemmer. Hier blijft het ook bij. Van een afstand zie ik weer aasbellen mijn kant opkomen. Ik probeer de baan te bepalen en strooi een klein handje voer. Uiteindelijk arriveren de aasbellen op mijn compacte voerplekje en ik plaats de pen er voorzichtig bij. De pen stijgt direct een paar centimeter, draait een cirkeltje en vertrekt dan de diepte in. Mijn hart slaat over en ik sla aan. De eerste, grote brasem van 2017 is gehaakt. Een kleine teleurstelling.
Ik besluit het voerplekje te bezoeken welke ik in een ondieper gedeelte had gemaakt. Hier zie ik geen vis, maar in de buurt zie ik een enorme bellenplakkaat, vergezeld van een modderwolk. Deze verplaatst zich ook snel en ik vermoed dat een karper hier de oorzaak van is. Zeer grote bellen verschijnen aan de oppervlakte en mijn hartslag verhoogt weer enorm. Ik begin te trillen van de spanning! Ik plaats mijn pennetje in de baan van de vis, moet een paar keer verplaatsen, maar dan lijkt de vis het aas gevonden te hebben. De pen stijgt, zakt, stijgt, wordt een stukje meegenomen en verdwijnt daarna onderwater. Ik sla aan, maar mis…. Ik brul een scheldwoord. De vis vlucht weg en de kans is verkeken.
De ochtend vordert en het einde van mijn vissessie is in zicht vanwege andere verplichtingen. De zon schijnt uitbundig en ik weet nu dat de zon volop het water opwarmt bij de duiker waar ik vanmorgen begon. Ik besluit het daar nog een uurtje te gaan proberen. Spullen inpakken en weer met de auto op weg.
Als ik arriveer bij de duiker, word ik blij. Het water staat stil en de zon schijnt vol op de betonnen wand bij de duiker. 

Vol in de zon...


Voorzichtig plaats ik de pen tegen de wand aan. Al snel is er interesse in het aas. De pen krijgt een tik. Opeens zie ik het water flink wellen op een meter of twee van mijn pennetje. Een vis is op de voerstek beland en ik houd mijn adem in, hengel in de hand. Ja! De vis heeft het aas gevonden, lijkt er nog wat mee te ‘spelen’ maar dan vertrekt de pen toch echt de diepte in. Ik kan de pen zien versnellen onderwater. Ik geef de hengel een haal. Ik haak een blok beton, zo voelt het.
Ik weet dat ik een karper heb gehaakt. Langzaam komt de vis in beweging, maar ‘mokt’ ontzettend. Blijft op de bodem en zwemt diep zijn/haar rondjes. Af en toe parkeert de vis zich op de bodem en houdt daar dan halt, om na enkele seconden weer verder te zwemmen. Uiteindelijk kan ik de vis in mijn schepnet slepen. Ik ben een beetje verbaasd, want het is een prachtige, dikke schub! Puntgaaf. 


Een gouden vangst...

Deze karper, als eerste in 2017, is een gouden vangst. De haak zit keurig in de onderlip. Ik maak snel wat foto’s op de kant en binnen enkele minuten zwemt de vis weer rond. 74 cm, 15 pondjes. Geen gedoe. En nu snel naar huis, hengel schoonmaken. Weer wachten tot de volgende vissessie 😉.

Groet,


Dale