dinsdag 6 oktober 2015

Een cadeau.





De start op een nieuwe werklocatie, de start van het laatste jaar van de opleiding, de start van het schaakseizoen, de start van de 'donkere' periode(seizoen); allemaal elementen die zorgen voor een verminderde drang om te gaan vissen. Tenminste, dat zou je denken. Eerlijk is eerlijk, het fanatisme verdwijnt wat, maar toch wil ik nog proberen om wat karpertjes te verschalken. Als een diesel loc dendert de boel maar door....
Ik vis nog steeds op de stek 'bij de duiker'. De aantallen in vangsten lopen zienderogen terug, maar de vissen die gevangen worden, worden alsmaar groter en zwaarder. De reden dat ik hier blijf vissen, is het feit dat ik ervan overtuigd ben dat er grote(r) vis zit. Groter dan dat ik al vang. Voor het eerst in mijn vissers bestaan, hecht ik meer waarde aan de vangsten dan aan de omgeving. Het voelt een beetje dubbel: het water is mij op het lijf geschreven, maar ligt dicht langs een polderweg waar vele fietsers voorbij fietsen. Auto's zijn ook in grote aantallen te zien... En toch, mijn vangsten zijn niet onopgemerkt gebleven door vele mensen. Soms ontstonden er verkeersonveilige situaties, omdat ik met een hoepelronde hengel langs de waterkant stond en auto's plotsklaps vol in de ankers gingen. Lachwekkende taferelen.

Vorige week vrijdag(18-9) ging ik met mijn jongste dochter op deze stek vissen. Een lastige beslissing, want zij is nog lang niet klaar om op dit soort obstakelrijk water te vissen. Ik overdenk de situatie op voorhand, als zij er een karper aan krijgt. Er is een plek waar zij vrijuit zou kunnen drillen. Tenminste, het leliebed begint daar op zo'n 20 meter afstand vanaf de eventuele vangstplaats.... De volgende, lastige beslissing moet ook genomen worden: hoe kan ik haar een vis verantwoord laten drillen, mocht ik niet direct in de buurt zijn? Ik besluit dus om niet verder van haar te zitten dan 25 meter, ruw geschat. Op die manier kan ik snel bij haar zijn en ach, ze kan heus haar visje wel drillen. Ook mag zij met de CJW Flex XXH vissen. Een hengel van 3,95 meter en met een arbeidsvermogen van 2 pond. Een absolute beul, maar op deze stek soms toch wel erg fijn.

Het gebeurt ook gewoon: "Pap!!! Ik heb beet!" Het is duidelijk dat ze er een karper aan heeft, maar ze kan niet zo vlug opstaan. Ik sprint naar haar toe en wil de hengel hoger houden. Shit, de molenslinger haakt vast in de riemen van de schoudertas... Niet goed, want nu komt de volledige kracht op het nylon te staan omdat ik de hengel niet omhoog kan krijgen. Niet doordenken a.u.b...
Ik krijg de slinger los en duw de hengel in de handen van mijn dochter: "Drillen!" Het blijkt weer om een 'powerkarper' te gaan. Gehurkt achter mijn dochter duw ik met mijn rechterhand op het onderste gedeelte van het kurken handvat om de hengel de lucht in te krijgen. Deze vis lijkt nog een maatje te groot voor haar, maar het drillen doet ze verder helemaal zelf.
Onder het drillen: " Papa....deze vis maakt mijn spieren stuk. Ik hou 'm niet meer..." Toch belandt deze karper mooi in het net en het is tevens de grootste vis die mijn dochter ooit heeft gevangen.


´Pap, de vis maakt mijn spieren stuk...´

Na deze vangst wordt het weer een tijdje rustig. Ik leg mijn hengel op een gegeven moment op de kant en besluit enkele voerstekken te bekijken die ik tussen de lelies heb gemaakt. Als er vis zit, dan zou je dat moeten kunnen zien door de bewegende lelies. Uiteindelijk zie ik van een afstand activiteit op een voerstek. Flinke bellen en ik zie leliebladeren bewegen. Ik sprint terug naar mijn hengel, om daarna weer richting activiteit terug te keren. Bij terugkomst zijn de bellen verdwenen, maar toch zie ik nog leliebladeren flink bewegen rond de voerstek. Heel voorzichtig leg ik het pennetje op de stek. Al vrij vlot zakt de pen weg, maar op het moment dat ik wil aanslaan stopt de aanbeet. Verdorie. Lijnzwemmer? De vis maakt nog enkele, nerveuze rondes door de lelies, maar dan lijkt de vis toch echt vertrokken te zijn. Ik ga weer verder naar een andere voerstek tussen de lelies, zo'n 10 meter verderop. Amper heb ik het pennetje in het water staan, of ik zie op verschillende plekken lelies alle kanten op draaien! Spannende momenten. Ik verplaats mijn pennetje regelmatig dicht bij de rondscharrelende vissen, maar veel verder dan weer geen doorzettende aanbeet kom ik niet. Hierop besluit ik mijn aas en aasaanbieding aan te passen. Je weet maar nooit....
Na een minuut of 10 krijg ik het idee dat de vis(sen) vertrokken zijn. Ik zie geen activiteit meer. Op het moment dat ik besluit dat het wel mooi is geweest voor deze dag, zie ik leliebladeren rond mijn pen opzij gedrukt worden. Het water begint zelfs licht te kolken. De vis lijkt in een soort rondje te zwemmen, als ik zo de bewegende leliebladeren volg. Zou het dan toch nog lukken? Voor de derde keer maakt de vis het rondje nu. Het pennetje zakt iets en verdwijnt dan helemaal onderwater. Ik tel weer in mijn hoofd: 21, 22 en sla dan aan. Hangen! En dan hoor ik van afstandje: "Goed zo, papa! Heb je er een? Goed gedaan!" Heerlijk, zo'n kind ;-).
De karper neemt een bijzonder woeste uithaal het leliebed in. Voor eventjes zit de boel vast, maar na wat gemanoeuvreer komt er weer wat beweging in de zaak. Kalmpjes aan trek ik de vis uit de lelies. 
Eenmaal op de kant blijkt de vis 73 cm. te zijn en 16 pond. Wat een prachtige vis!




Na deze vangst vraag ik of mijn dochter nog verder wil vissen. Dit wil zij wel. Ik voer dus wat bij op de verschillende voerstekjes. Helaas, zo'n 10  minuten later snijdt mijn dochter zich aan het deksel van het blik mais. Met een flinke snee in haar vinger en geen pleisters bij de hand, rijden we naar huis. Thuis aangekomen hebben we de snee flink 'gespoeld' en er een pleister op gedaan. Ik heb haar verteld dat de meeste vissers hier ooit wel een keer mee te maken hebben gehad. Volgende keer gaat het blikmais maar in een plastic zakje mee. Weg van het gevaar....




25 september, een cadeau.

Een week later sta ik weer aan de waterkant. Nadat ik de kinderen naar school heb gebracht begeef ik mij naar de stek. Dat betekent dat ik zo rond 9:00 pas begin met vissen. Rijkelijk laat, maar de karpers kun je hier de hele dag door vangen. En ach, je moet toch iets met de beschikbare tijd... Ik maak de voerstekken weer in open plekken tussen de lelies. Het is de laatste tijd duidelijk geworden dat de vissen zich het meest ophouden dicht bij de t-splitsing. Hier focus ik mijzelf dan ook het meest op. Het duurt enige tijd eer ik activiteit ontdek bij vriend karper. Ik merk dat de vissen zich meer verspreiden over het water. De koude(re) tijd komt eraan en andere gedeelten van dit water kan ik niet bevissen. Op die manier ben ik toch enigszins gebonden aan een kort gedeelte van dit water.

Na een aantal uren vissen zie ik leliebladeren draaien op een voerstek. De spanning stijgt en ik sluip richting activiteit. Duidelijk dat er vis op mijn voerstek zit. Voorzichtig doop ik mijn pennetje in het water; ik laat mijn aas heel voorzichtig zakken, de lijn blijft gestrekt. Op deze manier kan ik zien of mijn aas niet blijft rusten in een leliestengel onderwater, zonder een vis te storen. Soepeltjes zakt het aas naar de bodem en de pen staat perfect. Dit omdat de boel zinkt op de lichte wartel van mijn onderlijn. Verschillende keren wordt mijn pen opzij gedrukt, maar een echte aanbeet blijft uit. Al snel is de vis opgeschoven naar een andere stek. Potverdikkie.

Ik verplaats mij naar de t-splitsing. Af en toe zie ik hier wat leliebladeren draaien, soms op meerdere plekken tegelijk. Mooi, verschillende vissen zitten toch in de buurt! Maar na een kwartier is er geen activiteit te bespeuren, ondanks dat mijn pennetje een paar keer een lichte aanbeet registreerde. Toch blijf ik hier nog een tijdje zitten.
Op het moment dat ik denk om in te pakken, zie ik weer activiteit ontstaan. Een vis ploegt nerveus tussen de lelies door. Voor heel even is het weer stil, maar dan schiet plots mijn pen weg! Ik sla hard aan en een vis ploegt weg, gehaakt en wel. Dit voelt goed. Geen nerveuze, schichtige bewegingen onder water, maar trage, lome staartbewegingen. Een vis die vecht op het gewicht. De slip werkt enkel op de eerste vlucht, maar daarna vangt de hengel met het nylon de klappen op. Het duurt een minuut of 10 voordat de vis zich overgeeft. Wauwie! Wat een pracht vis! 80 cm. en 22 pond! Een absolute polderbeul.



Er stopt een ouder paar die aan het fietsen waren en zij bewonderen, net zoals ik, de geweldige vis. Voor de gelegenheid vraag ik hen of zij een foto willen maken... Mijn dank bij deze is groot! Hierna houd ik het voor gezien, want deze vis wordt vandaag niet meer overtroffen.

Groetjes,

Dale





















woensdag 30 september 2015

Te koop: CJW penhengel en Penn 440ss *UPDATE*

Te koop:

Te Koop: CJW penhengel met Penn 440ss molen(graphite huis). Vanwege niet op komen dagen van 2 kopers, nu een nieuwe prijs en opnieuw in de verkoop.

Penhengel in absolute nieuwstaat. Prachtig 'geweven' blank.
Lengte: 3,65 m.
12 Fuji ogen
Paarse wikkelingen
Arbeidsvermogen: 1,5-1,75 lbs.

De kenners weten wel waar het om gaat.
Prijs: € 220,- voor de hengel. Inclusief molen wordt de prijs €260,-

De hengel gaat weg omdat ik hem nagenoeg niet gebruik en ik van langere penhengels houd. Ik houd van hengels die rond de 4,00 m. lang zijn. Doodzonde als er niets meer mee gebeurt.

Liefst ophalen. Bij verzending komen de verzendkosten bovenop de oorspronkelijke prijs.
Met vriendelijke groet,

Dale Neijzing.



vrijdag 21 augustus 2015

Het einde in zicht.



Het einde in zicht.







Maandag begint school weer. Het laatste jaar van mijn opleiding! Ik ga ervan uit dat ik dan nog maar weinig aan vissen toe kom en daarom heb ik de laatste tijd optimaal gebruik proberen te maken van de beschikbare tijd om te vissen.
In mijn ogen is dat zonder meer gelukt! Ik kan mij geen seizoen voor de geest halen, waarin ik zoveel karper heb gevangen. En ook nog eens bijzonder mooie vissen, waaronder een behoorlijke spiegel. Uniek bij 'mij' in de polder en daarom was(en nog steeds) ik zo verschrikkelijk enthousiast. Ik noem het loon naar werken. Maar, ik heb ook ontzettend veel geleerd, sinds ik bij 'De Duiker' begon te vissen. Ik noem de twee belangrijkste even op:

 1. Haken/onderlijnen tijdig verwisselen.
Ik heb gemerkt dat sommige haken na 1 vis al niet meer te gebruiken waren en dan vooral met de gerenommeerde merken. Ook als ik een keer vast zat was het snel over met de pret. Ik vond dit schokkend. Het heeft mij veel vis gekost. Ook ben ik erachter gekomen, dat een bepaalde haak langer mee blijft gaan. Maar na elk 'incident' gebruik ik nu de 'nagelproef'.

2. Driltechniek.
Omdat ik niet gewend ben/was om nabij obstakels te vissen, heb ik gemerkt dat ik veel te weinig druk op de vis zette tijdens de dril. Het water dat ik nu bevis barst van de lelies. Ik was ook bijzonder bang vis te verliezen. Hoe fout kon ik zitten! Door het bang zijn heb ik juist karper verloren. De slip staat nu bijzonder strak(maar niet te strak!) en het overgrote werk tijdens de vangst van een vis, komt neer op de rek van het nylon en de ongelofelijke kracht van de hengel. Ik heb de hengel de afgelopen sessies hoepel rond getrokken, waarbij het nylon zo strak als een snaar stond. Op het moment dat ik dacht dat het fout zou gaan, nam de slip het over. Jaren lang heb ik dus met een verkeerd afgestelde slip gewerkt. Ik wil niet weten wat mij dat allemaal gekost heeft. Behoort nu tot de verleden tijd. De combinatie van hengel, molen en lijn zijn nu perfect op elkaar afgestemd.


Tot zover het in de praktijk geleerde.


 Donderdag 20 augustus


Met de prachtige spiegel nog in mijn gedachte, besluit ik weer naar 'De Duiker' te gaan. Overigens moet ik zeggen dat 'de Duiker' geen vissen meer oplevert. Wat hebben de vissen met dit soort weer ook onder de duiker te zoeken... De tijd brak aan om voerplekken te maken op andere stekken in deze sloot. De spiegel ving ik op een t-splitsing en trok ik uit de lelies. Verderop in de sloot barst het ook van de lelies. Hier zullen ze toch ook wel zitten? Natuurlijk. Stomme vraag.

Om 6:00 ben ik aanwezig en maak vlot wat voerplekken. De vissen zijn nog niet actief en ik sluip langs de waterkant, kijkend of ik toch draaiende of opzij geduwde lelies kan ontdekken. Nog niet. De stek onder de duiker laat ik eventjes voor wat het is. Ik maak de voerplekken bij een vuilbalk, de t-splitsing en een dot riet vergezeld van een flinke hoeveelheid leliebladeren. Er is ongeveer 50 cm.2 ruimte om de pen te plaatsen. Ik probeer het gewoon, ook omdat er genoeg ruimte is om te drillen. Onvermijdelijk dat ik tijdens de dril wat leliebladeren zal tegenkomen, maar die angst heb ik van mij afgezet. Bij de t-splitsing is dit een ander verhaal: Langs de kant, mijn kant, staan flink wat lelies, dan, vanaf ongeveer een meter uit de kant, weinig tot niets. Maar een meter daarna ligt de hele t-splitsing vol met leliebladeren. Als ik dus een vis haak, moet ik ervoor proberen te zorgen dat hij rechts van mij wegvlucht, langs mijn eigen oever. Ik positioneer mij zo dat dit, theoretisch, zou moeten werken. De flinke stroming die soms komt opzetten zorgt wel weer voor problemen. Soms kun je jezelf daardoor niet handig positioneren omdat er grote moeite ontstaat om de pen onder controle te houden. Zeker tussen de lelies!


Rond 7 uur heb ik de voerstekjes afgevist voor de eerste maal. Tijdens het begin van zo'n sessie observeer ik als een malle! Langzaam beginnen de vissen te ontwaken en dus te azen! Bij de vuilbalk zie ik zware kringen vanuit de kant komen. Helaas, het levert mij niets op. Ik schuif door naar de t-splitsing. Al snel zie ik op vier verschillende plekken rond mijn voerstek allerlei draaiende bossen lelies. Ik zie ze schokken, ik zie ze weggeduwd worden, ik zie ze onder getrokken worden. Het is een gekkenhuis! Voorzichtig laat ik mijn pennetje tussen al dat geweld zakken....

De vissen zwemmen onrustig rond door de lelies en regelmatig wordt de pen 'opzij gezet'. Uiteindelijk krijgt de pen een paar felle tikken, stijgt en zakt daarna weg. Ik geef een haal. De hengel klapt volledig dubbel. Een beuk op de hengel dus en toch vlucht de vis de kant op die ik niet wil, maar het feest is snel voorbij; gelost. Oei, dat was een beste, maar misschien toch vals gehaakt. Ik vraag het mij af, want het pennetje gaf toch echt een zuivere aanbeet door...


Ik schuifel door naar de  ‘riet stek’. Al snel zie ik daar ook verschillende wegdraaiende lelies. De vis(sen) zwemt/zwemmen onrustig over de stek. Ik heb moeite mijn pen in de buurt te plaatsen, want ondertussen is er weer een sterke stroming. Ik verplaats de pen regelmatig, richting activiteit. De stroming drukt de pen onderwater, maar gelukkig heb ik nog twee volgwakers gemonteerd. De pen zakt steeds verder weg. Toch kan ik de pen nog zien! Dan zie ik de pen 'schokken' onderwater. Met horten en stoten verplaatst de pen zich tegen de stroming in. Dan vertrekken ook de volgwakers.... RAM!! Ik haak een karper. De vis rost werkelijk alle kanten op. De slip staat strak afgesteld, de hengel staat hoepel rond. Onderweg neemt de vis wat lelies mee. Voor eventjes zit de boel vast in de lelies, maar na wat gemanoeuvreer van mijn zijde komt de boel los. Ook zie ik nu de karper voor het eerst: een prachtige, forse schubkarper. Brons van kleur. Ik kan mijn geluk niet op hier! Ik schep de vis in een keer. Na wat foto’s zet ik de vis terug. Niet gemeten, niet gewogen. Ik ben simpelweg onder de indruk van deze machtige torpedo….


Abnormaal grote staart. Wat een vis...

 Na deze vangst valt de activiteit van karper helemaal weg. Ze zijn vertrokken. Ik besluit een ander gedeelte van dit water te bevissen, maar ik moet wel eventjes met de auto die kant op. Ook hier ligt weer een vuilbalk. Via een weiland kan ik een nog groter gedeelte bevissen van dit water. Ik ben altijd een beetje huiverig om zomaar een weiland op te lopen, maar het hek staat uitnodigend open. Altijd al. Waarom is mij dat niet eerder opgevallen? Schele Harrie…. Mijn gevoel zegt dat ik al te laat ben met het maken van voerstekken in dit gedeelte. Toch maak ik er eentje bij de vuilbalk en ik besluit meteen maar het weiland te betreden. Wat een prachtig stukje natuur….
Toch voel ik dat er iets niet helemaal goed zit. Een vreemd, onrustig gevoel maakt zich van mij meester: om 9:30 krijg ik een hongerklap…. Overkomt mij eigenlijk nooit. Ik heb wel wat hondenbrokken bij me, maar om die nou op te gaan zitten eten…. Verder heb ik, behalve wat te drinken, niks bij me.
Ik loop het water af, speurend naar activiteit. Ik vind het niet. Ik besluit terug te lopen naar de vuilbalk en het daar een halfuurtje te proberen. Dom, want de wind staat gewoon de andere kant op en dus niet op de vuilbalk… Verloren momenten. Ondertussen neemt mijn energiepeil zienderogen af. Ik rijd weer terug naar de plek waar ik vanmorgen begon en plaats de pen strak tegen de vuilbalk aan.




Ik zie het aas onder de vuilbalk verdwijnen en de pen staat zachtjes tegen de balk aan te wiegen. Het gebeurt gewoon direct: een tik en weg schiet de pen. TSJJAAAK!! zegt mijn hengel, wanneer ik aansla. Een felle karper verzet zich, maar het ‘zenuwachtige’ gedrag zegt mij dat dit geen hele grote is. Eenmaal op de kant valt dit nog best mee! Een prachtige, behoorlijk hoog gebouwde schub is eventjes voor mij. Genieten geblazen!!


Brute vechtmachine...
 Na deze inspanning klap ik volledig in elkaar. Ik kan mij niet meer concentreren. Als ik de hengel in de hand houd, dan trilt dat hele ding omdat ik mijn spieren niet meer onder controle kan houden. Mijn ogen knijp ik steeds verder dicht. Ik krijg hoofdpijn. Had ik maar wat te snoepen bij me… Het mag duidelijk zijn dat ik het uiterste van mijn lichaam heb gevraagd, de afgelopen tijd. Vermoeidheid speelt een grote rol hierin.

Het is 11:00 en ik besluit de handdoek in de ring te gooien. Het is mooi geweest en de buit is trouwens toch al binnen. Trillend als een rietje pak ik de boel in en rijd naar huis. Even wat eten en dan is het ‘tukkies toid’.

Ik wil hier nog graag een paar sessies vissen, maar ik weet niet of mij dat nog gegund is…..
Groet,
Dale

maandag 17 augustus 2015

Een droom komt uit!


'Ja, ik zie toch echt die leliebladeren alle kanten opdraaien. Dat is toch precies op mijn voerstek? Ja! Wat zie ik nu? Hele bossen lelies worden onderwater getrokken! Nou, hup Dale, erop af. Mocht er een vis bijten, dan moet ik er wel voor zorgen dat 'ie niet direct te diep de lelies induikt. Ik denk dat ik hier dan wel goed zit. Als ik op deze manier aansla, dan vlucht 'ie de goede kant op. Oeps, zakte mijn pennetje nou een beetje weg? Hmmmmm....eventjes scherp zijn nu. Ja, toch! Daar stijgt 'ie weer. Zet je schrap, Dale, want het pennetje maakt toch echt aanstalten om te vertrekken... Kijk, daar heb je het al: hij verdwijnt schokkend de diepte in. Sla nu aan!! Ja, hij zit eraan. Wat een klap kreeg die hengel zeg. Laat 'm niet dat lelieveld te diep binnendringen, Dale! Shit...Ik heb mijn hengel nu echt hoepel krom, hoor. Daar heb je het al, de slip neemt het over. AAAHHH, HIJ RAMT DWARS DOOR HET LELIEVELD! Houd contact, Dale. Oh, hij neemt een sprint naar rechts...Nog meer lelies. Ik zit vast. Nee, he. Zit 'ie er nog wel aan? Ja, ik voel 'm toch echt. Kijk, hij rolt aan de overkant. Even een paar stappen naar links doen, joh. Zo is de vis de lelies ingevlucht. Ah, ik voel 'm meekomen! Ja, we gaan het redden. Gelukkig, de vis is uit de lelies. Wat is dat trouwens voor een kleur? Dat is een behoorlijk, lichtgekleurde schubkarper. Groot ook! Huh, zei ik nou schubkarper? Het is verdorie een spiegelkarper!! Neeeee, dat meen je niet! Ok, deze moet ik dus zeker niet verliezen. Gelukkig, de vis is moe. Snel dat net in het water, slome duikelaar! Kom op! Hij MOET op de kant! Ik hoop dat ik 'm in een keer kan scheppen. Ja, verdomd, het lukt ook nog. Heb ik nou serieus een spiegelkarper in mijn net zitten?? Ok, dan maar even een brul geven....'


Ik vang mijn tweede spiegelkarper OOIT! En wat voor een. Ik voel mij voor eventjes koning. Nee, ik BEN de koning! Ik vang prachtige vissen, maar de echte, flinke jongens verlies ik te vaak. Alle ellende laat ik van me afglijden. Het is gelukt.... Een droom komt uit. Ruim 26 pond. Wat een vis....


Ruim 26 pond...   

Groet,

Dale

zaterdag 15 augustus 2015

Vissen met Hans





13 augustus; vissen met Hans.

Het lijkt wel alsof ik de laatste tijd vaak de hengel te hand neem. Dat klopt ook. Maar, er mag niet vergeten worden dat ik schoolvakantie heb en dat ik regelmatig slaapdiensten draai. Dat betekent dat ik soms pas om 16:00 moet beginnen met werken… Voor de mensen die denken dat ik weinig werk en alleen maar vis; vergeet het maar! Ik werk in de zorg en daar hebben we geen ‘9 tot 5’ baan…
Omdat ik bijna aan het laatste jaar van mijn opleiding sta en dus weinig tijd zal hebben voor mijn visserij, probeer ik zoveel mogelijk tijd in mijn visserij te steken. Wie weet kan ik straks een heel schooljaar niet vissen….

Ik vis bijzonder graag met Hans. Ik waardeer Hans ook enorm. Kwalitatief een zeer kundige visser, maar ook een visser die recht voor z’n raap is. Heerlijk. Geen poespas, geen gedraai, geen gelul, gewoon vissen. Gaandeweg de jaren hebben wij elkaar steeds beter leren kennen. Soms baal ik ervan dat ik Hans niet eerder heb ontmoet en dat ik zo laat de (pen)visserij weer heb opgepakt. Ik geniet van de momenten dat wij samen vissen; intens en vol passie. Dankbaar voor de momenten die wij samen kunnen delen….

13 augustus was het eindelijk  zover! Hans kwam weer eens bij mij op bezoek. De afspraak moesten we al een keer uitstellen. Lang zag het weerbeeld er goed uit, maar naarmate de datum dichterbij kwam; 22 graden en regen…24 graden en regen….26 graden en zon….27 graden en zon….30 graden en zon… Ongelofelijk, wij hebben dit zo vaak gehad tijdens onze afspraken. Ik moet een plannetje in elkaar draaien om onze gezamenlijke sessie zo succesvol mogelijk te laten verlopen. Twee stekken lopen regelmatig goed in de vroege ochtend. Toch moet je 25 minuten rijden tussen deze stekken. Kostbare minuten. Ik hak de knoop door. We gaan vissen bij de duiker, die mij al de nodige prachtige vissen heeft opgeleverd. Vissen welke de mooiste genoemd kunnen worden, die ik ooit gevangen heb! In eerste instantie spreken we om 6:00 af. Persoonlijk wat aan de late kant, voor mijn doen, maar Hans wordt ook een daggie ouder en heeft een rit voor de boeg van 1,5 uur….. Toch krijgen we het voor elkaar om rond 5:30 samen te zijn. Ik ben er een kwartier eerder om de stekken aan te voeren. Het is nog donker, maar eigenlijk kun je er al best vissen vanwege de lantaarnpalen die er vlakbij staan! Mooi, weet ik dat voor de volgende keer.

Ik voer. In het schijnsel van de lantaarnpalen heb ik de voerplekken gemaakt. In het donker zie ik de koplampen van de auto van Hans in de verte aankomen. Dat weet ik omdat Hans mij gebeld heeft waar ik in godsnaam sta… Ik geef Hans een korte rondleiding, maar daarna is het eerst tijd voor koffie. Hans zet een vers bakkie koffie, op de polderweg vanuit de achterbak van zijn auto. Uit de boeken…. Allerlei citaten uit boeken over karpervissen doemen op in mijn hoofd. Ik laat ze ook in mijn hoofd zitten. Ik heb tegen Hans gezegd dat het vanaf 5:45 tot 8:00 ‘spitsuur’ is. Het bakkie koffie is genuttigd EN het is 5:45. Hans zegt dat het tijd is. Ok, Hans…..let’s go!
Hans positioneert zich op mijn aanwijzingen bij de duiker en ik plaats mijzelf aan de andere kant van de duiker. Na een halfuur heeft Hans nog geen tikkie op de pen gehad. Vreemd. We vissen door op dezelfde plekken. Op een gegeven moment besluiten we te wisselen van stek, maar ik ga naar de vuilbalk waar ik ook een voerstek heb gemaakt. Al vrij snel zie ik leliebladeren langs de kant alle kanten op draaien, maar ze worden ook onder getrokken! De vis volgt precies het voerspoor wat ik gemaakt heb. Geen tijd om na te denken. Ik plaats de pen op amper 50 cm. uit de kant, bij de ronddraaiende lelies. Het duurt niet lang; de pen registreert al binnen enkele seconden interesse in mijn haakaas. De pen steekt iets op, wandelt dan de kant in(ik kan hem niet meer zien), loopt weer terug en duikt onder. Ik sla aan en haak een karper!  De vis neemt een spurt, maar ik houd de vis kort. Ik dril enkele minuten en dan komt er een fantastisch schubkarper op de kant. Ik ben onder de indruk van de dikke, vlezige lippen. In de bek past met gemak een flinke ‘Opperdoezer Ronde’! Heerlijke piepers overigens ;-). Tijdens de dril heb ik Hans geroepen en hij heeft mooie actiefoto’s gemaakt. Dank u, Hans!



Na het maken van de foto’s nemen Hans en ik onze stekken weer in. Toch besluit ik wat meer rond te struinen, buiten mijn voerstekken. Op vele plekken zie ik ronddraaiende leliebladeren… Mijn hart slaat bijna mijn voorhoofd uit. Rustig loop ik naar Hans om te vertellen wat ik heb geobserveerd. Hans hoeft niet snel na te denken. Hij gaat ook het water afstruinen*


*Hoe vaak hoor en lees ik niet over en van karpervissers die enkel vissen als zij activiteit op hun voerstek zien. Ik begrijp dat niet, want 90% van mijn vissen vang ik op zicht: schuddende rietplukken, aasbellen, ronddraaiende leliebladeren. Dat zijn zaken waar je als karpervisser op moet letten. Het is een tekortkoming van de visser, om niet te vissen als er geen activiteit te zien is op hun voerstek. Ik vind dat luiheid, verwendheid. Waar blijft dat ‘haviksoog’? Niet nodig, want ik heb een voerstek. Waar blijft het gehoor? Niet nodig, want ik heb een voerstek. Waar blijft de geur? Niet nodig, want ik heb een voerstek.
Ik bezit boeken van  karpervissers. Deze karpervissers melden dat karpers soms op 30 cm. water niet te zien zijn. Ik kan dat beamen, want ik heb ooit een 26 ponder gevangen op 30 cm water, zonder dat ik aanwezigheid van karper zag. In diezelfde boeken beschrijven deze karpervissers dat zij soms hele avonden niet vissen, omdat zij geen activiteit zien op de voerstekken…. Ok…

Hans ziet weinig activiteit van vriend karper en gaat terug naar de duiker. We wisselen van kant. Al gauw krijg ik felle tikken op de pen. Het is duidelijk dat er vis zit, maar ik krijg geen enkele doorzetter. Omdat wij toch nog een andere stek willen bezoeken, slaat de twijfel in nog een vangst toe. Eigenlijk slaat die twijfel eerder toe dan verwacht. Om 9:00 vertrekken we….
De stek die wij gaan bezoeken, doet het bijzonder slecht als er wind staat. Ongelofelijk maar waar. Het maakt niet uit wat voor wind. Zodra er een kabbeltje op het water komt is het gebeurd. Maar Hans heeft goede herinneringen aan dit water. Gewoon proberen en we zien het wel. Zoals verwacht wordt het niks. Nog meer twijfel en zodra je gaat twijfelen is het foute boel. Je vecht dan tegen jezelf en tegen de tijd…. Mijn fanatisme om nog een karper te vangen neemt af. Hans en ik rijden naar nog een stek. Een stek in mijn buurt die hij zich nog prima herinnert! Prachtige stek overigens, maar het is inmiddels wel al 12:00… Langzaam zakt de moed mij in de schoenen… Ik bedenk mij opeens een andere stek. Een stek die ik een keer eerder heb bevist. We speren erheen. Onderweg raken Hans en ik elkaar kwijt. Er wordt gebeld en er wordt een straatnaam doorgegeven. Uiteindelijk ontmoeten wij elkaar weer, gelukkig. Na observatie blijkt dit water inmiddels druk bevist. Verschrikkelijk. Ik verlies mijzelf en zak weg in diepe ellende. Alle fut is weggevloeid. Ik krijg geen enkele aanbeet. Hans daarentegen zit te vissen op een sloot, die parallel loopt aan het water waar wij oorspronkelijk zouden vissen. Hij vangt in een mum van tijd vier giebels. Oh ja, was ik vergeten. Giebel; de nationale plaag van deze streek. We zien wel wat karpers wegknallen, maar de giebel heeft hier de absolute overhand. Buiten de giebels vangen ‘we’(ik vang niks meer, maar ben blij met de mooie karper) geen bijzondere vissen meer. De dag is voorbij. Wat kan zo’n dag snel gaan. Te snel….
Twijfel was vandaag het toverwoord.

Hans, super dat je weer hier was! Het was weer een waar genot om met je te vissen. Dank voor je humor!!


Groet,

Dale